Legenda bij het cijnsboek van Heeze, Leende Zesgehuchten 1535
Het oudst bewaard
gebleven cijnsboek van de heerlijkheid Heeze, Leende en Zesgehuchten dateert
van 1535. De eerste 98 folia bevatten de cijnsen van Heeze, daarna volgen die van Zesgehuchten (folio
99-127), van Leende (folio 133-212) en van Geldrop (folio 213-237), dat toen
dezelfde heer, en dus ook dezelfde rentmeester, had als Heeze c.a.
Van alle cijnsen van Heeze heb ik een letterlijke transcriptie
gemaakt. Op ieder folio staan 6 cijnsen aan de
voorkant (recto) en 6 aan de achterkant (verso), samen dus zo’n 1200 cijnsen. Ik heb die cijnsen per
folio genummerd zoals gebruikelijk. Dus 1.1 t/m 1.6 voor de cijnsen
van het 1e folio voorkant en cijns 1v1 t/m 1v6 voor de cijnsen aan de achterkant van het zelfde blad. Het
cijnsboek van 1535 is 145 jaar bijgehouden tot 1680, toen een nieuw cijnsboek
werd aangelegd. Aanvankelijk werden de betalingen in het cijnsboek zelf
aangegeven met letters vóór de cijns (een a voor 1535, een b voor 1536 etc.).
Na 1540 werden de betalingen in andere boeken opgetekend, en werd het originele
boek alleen nog als legger gebruikt. Daar werd toen alleen nog de opvolging van
de cijnsplichtigen genoteerd.
Ter toelichting toon ik
de opbouw van de 1e twee cijnsen van folio
1
De originele
inschrijving in 1535 (aangegeven in grote letters) was als volgt:
1.1 Aert Dierick Bax soen
voir Maes van Helmont
uuijt enen stuck beemdts bij Venredijck gelegen,
1. Lenart Jan Meeus soen,
2. Willem verVlaessen ende Jan die Haze i3 aude grt ½ d
1.2 Idem
voir Henrick Jan Uden
zoen terdeel van i oude grt
toelichting:
cijns 1.1 is verschuldigd door Aert zoon van Dierick Bax. Onder Aert staan zijn voorganger(s) als cijnsplichtingen. Dus Maes van Helmont was cijnsplichtig vóór Aert Dierick Bax. Daaronder staat op welk goed de cijns rust, namelijk een beemd bij de Venderdijk, en daarachter staan de belendingen. Ik heb die als volgt afgekort: 1. = aan de ene zijde, 2 aan de andere zijde, 3. Aan het ene einde en 4. Aan het andere einde. In dit geval staan dus de twee zijden aangegeven. Daarna volgt het bedrag dat jaarlijks verschuldigd is: 1½ oude groot en een halve penning (Zie voor cijfers en munten de legenda hierna)
cijns 1.2 is verschuldigd door Idem (dezelfde als 1.1), dus opnieuw Aert Dierick Bacx.
Bij de 1e betaling in 1535 werd een a voor de cijnsplichtige gezet, bij de 2e betaling in 1536 een b, etc. zodat de inschrijvingen er in 1539 als volgt uit zagen
1.1 edcba Aert Dierick Bax soen
voir Maes van Helmont
uuijt enen stuck beemdts bij Venredijck gelegen,
1. Lenart Jan Meeus soen,
2. Willem verVlaessen ende Jan die Haze i3 aude grt ½ d
1.2 edcba Idem
voir Henrick Jan Uden
zoen terdeel van i oude grt
Daarna werd bij elke
opvolging, de opvolger in kleinere letters bijgeschreven boven de voorganger. Cijns 1.1 krijgt dan de volgende gedaante:
1.1 Jan Antonis Bocx
Anthoenis Jan Bocx bij coope
Goordt Hendrick Gobbelssn
Wouter Jan
Wouters dochter Heijlwich
vi kijnderen van den selven
edcba Aert Dierick Bax soen
voir Maes van Helmont
uuijt enen stuck beemdts bij Venredijck gelegen,
1. Lenart Jan Meeus soen,
2. Willem verVlaessen ende Jan die Haze i3 aude grt ½ d
Dit moet alsvolgt worden gelezen:
Aert Dierick Bacx
werd opgevold door zijn zes kinderen (het cijnsboek gebruikt Romeinse cijfers).
Deze werden opgevolgd
door Heijlwich,
dochter van Wouter Jan Wouters.
Zij werd weer
opgevolgd door Goordt Hendrick Gobbels (haar zoon)
Daarna verkocht Goordt het goed waar de cijns op rustte aan Athonis Jan Bocx,
Tot slot werd Anthonis
Jan Box opgevolgd door zijn zoon Jan Antonis Bocx
Bij de verkoop van
het goed door Goordt Hendrick Gobbels, is de cijns
voor de helft overgezet naar een ander cijnsplichtig goed van Goordt. Dit is aangegeven door het oorspronkelijk bedrag
door te halen en het nieuwe bedrag eronder te zetten (in kleine letters). Bij
de sluiting van het cijnsboek in 1681 zag de cijns er dan als volgt uit:
1.1 Jan Antonis Bocx
Anthoenis Jan Bocx bij coope
Goordt Hendrick Gobbelssn
Wouter Jan
Wouters (vV) dochter Heijlwich
vi kijnderen van den selven
edcba Aert Dierick Bax soen
voir Maes van Helmont
uuijt enen stuck beemdts bij Venredijck gelegen,
1. Lenart Jan Meeus soen,
2. Willem verVlaessen ende Jan die Haze i3 aude grt ½ d
½ aude grt qrtt grt qrtt d
dezen anderen ½ ..qrtt grt hijer naer
fo: .. onder Hendrick Gubbels
(vV) hijer gedeleert
toelichting:
van de 1½ oude groot
en een halve penning blijft ¾ groot en een kwart penning staan in cijns 1.1, de
rest gaat naar een ander folio .. (het nummer was onleesbaar).
Aantekeningen tussen
haakjes zijn van mij, in dit geval geeft (vV) het
alias aan van Hendrick Gubbels, namelijk van
Velthoven.
Eventuele jaartallen
in Arabische cijfers zijn ook altijd van mij, en geven dan aan in welk jaar
volgens andere bronnen een bepaalde opvolging plaats vond.
Op dezelfde wijze als
cijns 1.1 werd ook cijns 1.2 bijgehouden. Bij deze cijns is het goed waarop de
cijns rust en de belendingen later bijgeschreven, hetgeen ik aangeef door
kleinere letters te gebruiken. Dit soort toevoegingen dateren uit de periode
rond 1600, toen jonker Amandt van Horne rentmeester
was van de heerlijkheid, en het cijnsboek na een periode van oorlogstroebelen,
en een pestepidemie, weer actiever ging beheren.
1.2 1600 Goort ende Neesken Lambert
Heijmans kijnderen
Lambert
Heijmans uxor cum prolibus
Henrick Goijart Stoepkens soen
voir die kijnder Ardt Bax
edcba Idem
voir Henrick Jan Uden
zoen terdeel van i oude grt
uutter halver husingen metten halven gelage dair
Ardt Bacx inne woenden Ginder over, 1.
Henrike Vincken
nu daer Goort Heijmans inne woont, 1. Peeter Delen, 2.
de wede Delis Goossens cum prolibus
toelichting
de cijns rust op huis
met het halve aangelag waar Ardt
Bacx in woonde (Ardt Dierick Bax, de oorspronkelijk cijnshouder, was toen dus al
dood). Ginderover is de plaatsaanduiding. De belender was destijds Henrike Vincken,
nu (dus omstreeks 1600) woont daar Goort Heijmans en zijn
de belenders Peter Delen en de weduwe Delis Goossens met haar kinderen.
Bijschrijvingen
Door al dat
bijschrijven onder en boven de originele cijnsen (en
vervolgens daarnaast etc.), ontaardden sommige folia
in een enorme knoeiboel. Bovendien werd goed soms, samen met de cijns die erop
rustte, gedeeld door de erfgenamen, zodat in plaats van één cijns meerdere cijnsen ontstonden. Dan werd de oorspronkelijke
doorgehaald, en werden de nieuwe cijnsen achter in
het boek bijgeschreven op de folia 92 t/m 98. Een
voorbeeld is cijns 67v2, die wordt gedeeld onder de kinderen van Jan Gerit
Tielmans, en waarvan de zeven opvolgers staan op folio 93.3 t/m 93v4
67v2 dcba Jan Gerit Tielmanssn
voir Willemen Gerit sKlercx
sone
uut enen stuck euzels op die Horst iii
d
dese navolgende chijnsen zijn
onder die kijnder gedeelt fo xciii achterop heeren
boeck, ergo hic nihil
93.3 quator proles Gijsbrecht voerscr.
Ghijsbert Joest Scepers soen
vanwegen zijnre huijsfrouwen Jan Gerit Tielmans dochter
voir haren
vader
uuijt zijnen gedeelt
vanden uuijtfanck die Henrick
Coelen soen uuijtgenomen hadde vi vaitsait groot ainden Bosch
gelegen vi
d
nu uuijt eenen ecker saitlants den Hoirs ecker genampt/
groot omtrent den heelen ecker
omrent iiii3 vatst, 1. Hendrick Jacobs/ 2.
den Kercken ecker van
Heeze, 3. Anthoonis Peeter Hoissn, 4. Anthonis Gerit Wouterssn
ende Jan Jan Goessenssn.
Toelichting
De eerste cijnshouder
in de bijschrijving (Ghijsbert Joest
Scepers zoon) is onderstreept. Daaronder staat dat
hij de cijns heeft vanwege zijn vrouw, een dochter de Jan Gerit Tielmans van
cijns 67v2
Met behulp van dit
cijnsboek en het rechterlijk archief heb ik vele Heezer
families uit de16e en 17e eeuw kunnen reconstrueren. Ik ben gaarne
bereid om die gegevens op aanvraag met u te delen.
Ik wens u veel succes
en plezier met het gebruik van deze belangwekkende historische bron
Guus Delen Guus.Delen@online.nl
Latijn inclusief abbreviaturen
als alias
b
causa oorzaak
cum met
cum suis met de zijnen
d(enarius) penning
duo twee
emptor koper
eodem (voor)
dezelfde (als een cijns hoger)
ergo dus
et en
evictie uitwinning
= verbeurd verklaring wegens pachtschuld
ex uit
filia dochter
filius zoon
finis eind
fo: folio
= blad
frater broer
(cum) fribus (met)
broers
g
habet heeft
heredes erfgenamen
ibi daar
idem dezelfde (als een
cijns hoger)
inter tussen
librum boek
modius mud
ne nomine = namens
novem negen
nunc nu
octo acht
pars deel
pro voor
proles kinderen
predicti van
de voornoemde
pullum hoen
quattuor vier
reddit hij
geeft terug
septem zeven
sex zes
sigillum rogge ?
soror zus
tertia derde
tres drie
tribus / tri9 drie (3e naamval)
tutor voogd
uxor vrouw
vidua weduwe
Middel Nederlands
auwermoeder grootmoeder
auwervader grootvader
bedde huwelijk
behoudsoon stiefzoon
brief hypotheek
buitenprochie Zesgehuchten
copsaet 1/24 ha.
die de
dries weiland/akkerland
eeusel hooiland
erfcijns hypotheek
erff(enis) eigen land
geen de
gelag land bij het huis
gemeijnt grond
voor gemeenschappelijk gebruik (gepacht van de Heer)
groese weiland
gr(oo)t zilveren
munt van 2 oirt c.q. 12 d
geswije schoonzus
h heer
Heer de heer van Heeze,
Leende en Zesgehuchten
heer schoonvader
heerke grootvader
Heilige Geest kas voor de armenzorg
hertscap gehucht
hoirck groepje
boerderijen
hoff (moes)tuin
hofstat plaats
waar een huis heeft gestaan
huijsvrouwe vrouw
(echtgenote)
i
loepen(s) 1/6 ha. (1 vaitsait)
malder ½
mud = 6 vat
momb(a)er voogd
mud 12 vat
nakind kind uit een later
huwelijk
onmondig minderjarig (jonger dan 24
jaar)
oirt koperen
munt van een halve groot = 6 d
roeij 1/300 ha.
st(uijver) zilveren
munt van 2 groten = 24 d
text cijns
uutfanck stuk
land dat is toegevoegd
vaitsait 1/6 ha. (= 4 copsait = 50 roeijen)
voorkind kind uit eerder huwelijk
vrouwe schoonmoeder
vrouwke grootmoeder
wilner wijlen
zwager schoonbroer of
schoonzoon
: afkortingsteken
Romeinse cijfers
3 ½
i 1
v 5
x 10
l 50
c 100; bij eeuwtallen als superscript xvc = 1500
Geld
Zilveren standaard (Karel de Grote)
pond (librum; 409 gram) = 20 schellingen (solidi)
= 240 denarii (d)
‘zilveren’ munten
grt groot: 1 schelling 12 d 1266 Frankrijk
st. stuiver: 2
groten 24 d 1434 Philips de Goede
(Joachims)Thaler 1500
PhilipsDaalder 30
stuivers 1½ gulden 1557 Philips II
Rijksdaalder 50 stuivers 2 ½ gulden 1606 Holland
Reaal 3 stuivers 72 d 1521
Spaanse mat 8 realen 576 d
koperen munten
oirt ¼
stuiver 6 d
duit 1/8 stuiver 3 d
penning 1/16 stuiver 1½ d
Gouden standaard
Florijn 13e
eeuw Florence
Ducaat 13e
eeuw Venetië
Peter 18 stuivers ?
(Rijns)gulden 20 stuivers (2 pond) 1466
Keulen, Trier, Mainz, Paltz
Philips gulden 25 stuivers 1434
Philips de Goede
Carolus gulden 20 stuivers 1521
Karel V